start > cultuursite > Overzicht internationale verdragen
Overzicht internationale verdragen
work in progress
Zie ook de pagina Overzicht nationale wetten
De Samen zijn door de Noorwegen, Zweden en Finland (en de Europese Unie) erkend als minderheidsgroepering én als inheems volk. De Samen zijn zelfs het enige erkende inheemse volk van Europa. De rechten van inheemse volken worden beschermd door internationale verdragen. Daarnaast hebben Noorwegen, Zweden en Finland aparte wetten die de Samen betreffen. Meestal zijn dit wetten die het hoeden van rendieren reguleren. Dat werk ik later in een aparte pagina nog uit.
Op deze pagina zetten we de internationale verdragen op een rij. Ik geef eerst een kort overzicht en daarna presenteer ik de belangrijkste artikelen uit die verdragen (d.w.z de artikelen die in de diverse rechtszaken worden aangehaald). De eerste vier acht ik de belangrijkste voor de rechten van de Samen.
1. Verdrag inzake inheemse en in stamverband levende volken (ILO169), 1989
2. Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR), 1966
3. VN Verklaring over de rechten van inheems volken (UNDRIP), 2007
4. Vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde toestemming - Free, Prior, and Informed Consent (FPIC) van Het Permanent Forum van de Verenigde Naties over inheemse kwesties (UNPFII)
5. Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie, 1965
6. Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, 1966
7. Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, 1950
8. Protocol 3 van het Toetredingsverdrag van Noorwegen, Oostenrijk, Zweden en Finland tot de Europese Unie, 1994. Protocol 3 betreft de Samische bevolking.
In COP15-top over biodiversiteit van 2023 is een wereldwijd akkoord gesloten om 30 procent van het land en de oceanen van de aarde in stand te houden. In het verdrag worden voor het eerst ook de rechten van inheemse volkeren op hun land erkend.1
1. Verdrag inzake inheemse en in stamverband levende volken (ILO 169)
Engelse titel: Convention concerning Indigenous and Tribal Peoples in Independent Countries, 1989 nr 169 (ILO 169)
Dit verdrag vervangt het Verdrag inzake inheemse en in stamverband levende volken uit 1957 (no. 107)
Volledige tekst: wettenbank Overheid.nl
Het verdrag is door Noorwegen geratificeerd maar (nog) niet door Zweden en Finland. De Zweedse Hoge Raad oordeelde echter in de Giras-zaak uit 2020 dat het verdrag ook zonder ratificatie van toepassing is.
Het ILO verdrag geeft de meest concrete uitwerking van de rechten van de inheems volken.
Artikel 14
1. De eigendoms- en bezitsrechten van de betrokken volken ter zake van het land dat zij van oudsher bewonen, dienen te worden erkend. Bovendien moeten in daarvoor in aanmerking komende gevallen maatregelen worden getroffen om het recht van de betrokken volken op het gebruik van land dat niet alleen door hen wordt bewoond, maar waartoe zij van oudsher toegang hebben om in hun levensonderhoud te voorzien en hun traditionele activiteiten uit te oefenen, te waarborgen. In het bijzonder dient in dit verband aandacht te worden geschonken aan de situatie van nomaden en rondtrekkende boeren.
2. Waar nodig dienen de Regeringen stappen te ondernemen om het land dat de betrokken volken van oudsher bewonen, als zodanig aan te merken en te waarborgen dat hun eigendoms- en bezitsrechten doeltreffend worden beschermd.
3. Er dienen toereikende procedures te worden ingevoerd binnen het nationale rechtsstelsel om te beslissen over aanspraken van de betrokken volken op land.
2. Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (ICCPR)
Engelse titel: International Covenant on Civil and Political Rights (ICCPR)
1966
Volledige tekst: wettenbank Overheid.nl
Artikel 27
In Staten waar zich etnische, godsdienstige of linguïstische minderheden bevinden, mag aan personen die tot die minderheden behoren niet het recht worden ontzegd, in gemeenschap met de andere leden van hun groep, hun eigen cultuur te beleven, hun eigen godsdienst te belijden en in de praktijk toe te passen, of zich van hun eigen taal te bedienen.
3. VN Verklaring over de rechten van inheems volken (UNDRIP)
Engelse titel: United Nations Declaration on the Rights of Indigenous Peoples 2007 (UNDRIP)
Volledige tekst: wettekst EN pdf, wettekst van het NCIV NL pdf
Artikel 18
Inheemse volken hebben het recht deel te nemen aan de besluitvorming in aangelegenheden die hun rechten zouden aantasten, via vertegenwoordigers door henzelf gekozen overeenkomstig hun eigen procedures, en het recht om hun eigen inheemse besluitvormingsinstituten in stand te houden en te ontwikkelen.
Artikel 19
Staten zullen overleggen en te goeder trouw samenwerken met de betrokken inheemse volken via hun eigen vertegenwoordigingsinstituten teneinde hun vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde toestemming te krijgen voordat wetgevende of bestuurlijke maatregelen die van invloed zijn op hen worden aangenomen of uitgevoerd.
Artikel 25
Inheemse volken hebben het recht hun onderscheidende spirituele relatie met hun van oudsher in eigendom zijnde of anderszins in gebruik genomen landen, gebieden, waters en kustzeeën en andere middelen in stand te houden en te versterken en hebben het recht hun verantwoordelijkheden tegenover toekomstige generaties in dit opzicht na te komen.
Artikel 26
1. Inheemse volken hebben het recht op de landen, gebieden en middelen die van oudsher hun eigendom waren, die ze in gebruik hadden of die ze anderszins verworven.
2. Inheemse volken hebben het recht van eigendom, gebruik, ontwikkeling en bestuur op de landen, gebieden en middelen die ze bezitten uit hoofde van traditioneel eigendom of ander traditioneel gebruik, of die ze anderszins hebben verworven.
3. Staten zullen deze landen, gebieden en middelen wettelijk erkennen en beschermen. Het erkennen zal geschieden met alle respect voor de gebruiken, tradities en pachtstelsels van de betrokken inheemse volken.
Artikel 28
1. Inheemse volken kunnen aanspraak maken op genoegdoening, bijvoorbeeld door restitutie of wanneer dit niet mogelijk is door een rechtvaardige en eerlijke vergoeding, voor de landen, gebieden en middelen die traditioneel eigendom waren of anderszins in gebruik waren, en die zijn ontnomen, in beslag of gebruik zijn genomen of zijn beschadigd zonder hun vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde toestemming.
2. Tenzij anderszins vrijwillig overeengekomen door de betrokken volken zal de vergoeding plaatsvinden in de vorm van landen, gebieden en middelen die gelijk zijn in kwaliteit, omvang en juridische status of in de vorm van een geldelijke vergoeding of een andere passende genoegdoening.
Artikel 29
1. Inheemse volken hebben het recht op de instandhouding en bescherming van het milieu en op de productieve capaciteit van hun landen of gebieden en middelen. Staten zullen voor inheemse volken hulpprogramma’s opzetten en uitvoeren voor dergelijk behoud en bescherming, zonder discriminatie.
2. Staten zullen effectieve maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat geen schadelijke materialen worden opgeslagen of gedumpt in de landen of gebieden van inheemse volken zonder hun vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde toestemming.
3. Staten zullen eveneens effectieve maatregelen nemen om ervoor te zorgen, voor zover nodig, dat gezondheidsprogramma’s voor inheemse volken, zoals ontwikkeld en ingevoerd door de volken getroffen door schadelijke stoffen, behoorlijk worden geïmplementeerd.
Artikel 32
1. Inheemse volken hebben het recht prioriteiten te stellen en strategieën te formuleren voor de ontwikkeling of het gebruik van hun landen of gebieden en andere middelen.
2. Staten zullen overleggen en te goeder trouw samenwerken met de betrokken inheemse volken via hun eigen vertegenwoordigingsinstituten teneinde hun vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde toestemming te krijgen voordat ze projecten goedkeuren die van invloed zijn op hun landen of gebieden en andere middelen, met name in verband met de ontwikkeling, het gebruik of de exploitatie van mineralen, water of andere hulpbronnen.
3. Staten zullen effectieve mechanismen bieden voor een rechtvaardige en eerlijke genoegdoening voor dergelijke activiteiten en gepaste maatregelen zullen worden getroffen om de nadelige milieu-, economische, sociale, culturele en spirituele invloeden te beperken.
4. Vrijwillige, voorafgaande en geïnformeerde toestemming (FPIC)
Engelse titel: Free, Prior, and Informed Consent (FPIC) van Het United Nations Permanent Forum on Indigenous Issues (UNPFII).
De vele rechtszaken laten zien dat de raadpleging van de Samische bevolking in de praktijk vaak een wassen neus is. De FAO heeft uiteengezet aan welke voorwaarden die raadpleging heeft te voldoen FAO. Ze heeft o.a. ook een FPIC handboek (pdf) uitgegeven over Free, Prior, and Informed Consent. De tekst hieronder komt uit dat handboek.
Alle elementen binnen FPIC zijn met elkaar verbonden en mogen niet als afzonderlijke elementen worden behandeld. De eerste drie elementen (vrij, vooraf en geïnformeerd) geven de voorwaarden van het besluitvormingsproces. Kortom, toestemming moet worden gevraagd voordat een project, plan of actie plaatsvindt (prior), er moet onafhankelijk over worden beslist (free) en gebaseerd op nauwkeurige, tijdige en voldoende informatie die op een cultureel passende manier wordt verstrekt (informed). Alleen dan kan gesproken worden van een geldig besluitvormingsproces.
De onderstaande definities zijn een uitwerking van het begrip 'vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming' zoals onderschreven door het Permanent Forum van de Verenigde Naties over inheemse kwesties (UNPFII) tijdens zijn vierde zitting in 2005, en uit de UN-REDD-programmarichtlijnen over vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming.
Free
Free refers to a consent given voluntarily and without coercion, intimidation or manipulation. It also refers to a process that is self-directed by the community from whom consent is being sought, unencumbered by coercion, expectations or timelines that are externally imposed. More specifically:
Rights-holders determine the process, timeline and decision-making structure;
Information is offered transparently and objectively at the request of the rights-holders;
The process is free from coercion, bias, conditions, bribery or rewards;
Meetings and decisions take place at locations and times and in languages and formats determined by the rights-holders; and
All community members are free to participate regardless of gender, age or standing.
Prior
Prior means that consent is sought sufficiently in advance of any authorization or commencement of activities, at the early stages of a development or investment plan, and not only when the need arises to obtain approval from the community. It should be noted that:
Prior implies that time is provided to understand, access, and analyze information on the proposed activity. The amount of time required will depend on the decision-making processes of the rights-holders;
Information must be provided before activities can be initiated, at the beginning or initiation of an activity, process or phase of implementation, including conceptualization, design, proposal, information, execution, and following evaluation; and
The decision-making timeline established by the rights-holders must be respected, as it reflects the time needed to understand, analyze, and evaluate the activities under consideration in accordance with their own customs.
Informed
Informed refers mainly to the nature of the engagement and type of information that should be provided prior to seeking consent and also as part of the ongoing consent process.
Information should be:
Accessible, clear, consistent, accurate, and transparent;
Delivered in the local language and in a culturally appropriate format (including radio, traditional/local media, video, graphics, documentaries, photos, oral presentations, or new media);
Objective, covering both the positive and negative potential of the proposed activities and consequences of giving or withholding consent;
Complete, including a preliminary assessment of the possible economic, social, cultural and environmental impacts, including potential risks and benefits;
Complete, including the nature, size, pace, duration, reversibility and scope of any proposed project, its purpose and the location of areas that will be affected;
Delivered by culturally appropriate personnel, in culturally appropriate locations, and include capacity building of indigenous or local trainers;
Delivered with sufficient time to be understood and verified;
Accessible to the most remote, rural communities, including youth, women, the elderly and persons with disabilities, who are sometimes neglected; and
Provided in an ongoing and continuous basis throughout the FPIC process, with a view to enhancing local communication and decision making processes.
Consent
Consent refers to the collective decision made by the rights-holders and reached through the customary decision-making processes of the affected Indigenous Peoples or communities. Consent must be sought and granted or withheld according to the unique formal or informal political-administrative dynamic of each community. Indigenous peoples and local communities must be able to participate through their own freely chosen representatives, while ensuring the participation of youth, women, the elderly and persons with disabilities as much as possible. In particular consent is:
A freely given decision that may be a “Yes”, a “No”, or a “Yes with conditions”, including the option to reconsider if the proposed activities change or if new information relevant to the proposed activities emerges;
A collective decision (e.g. through consensus or majority) determined by the affected peoples in accordance with their own customs and traditions;
The expression of rights (to self-determination, lands, resources and territories, culture); and
Given or withheld in phases, over specific periods of time for distinct stages or phases of the project activities. It is not a one-off process.
5. Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie
Engelse titel: International Convention on the Elimination of All Forms of Racial Discrimination,
1965 in werking 1969
Volledige tekst: wettenbank Overheid.nl
6. Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten
Engelse titel: International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights
Volledige tekst: wettenbank Overheid.nl
Artikel 1
1 Alle volken bezitten zelfbeschikkingsrecht. Uit hoofde van dit recht bepalen zij in alle vrijheid hun politieke status en streven zij vrijelijk hun economische, sociale en culturele ontwikkeling na.
2 Alle volken kunnen ter verwezenlijking van hun doeleinden vrijelijk beschikken over hun natuurlijke rijkdommen en hulpbronnen, evenwel onverminderd eventuele verplichtingen voortvloeiende uit internationale economische samenwerking, gegrondvest op het beginsel van wederzijds voordeel, en uit het internationale recht. In geen geval mogen een volk zijn bestaansmiddelen worden ontnomen.
3 De Staten die partij zijn bij dit Verdrag, met inbegrip van de Staten die verantwoordelijk zijn voor het beheer van gebieden zonder zelfbestuur en van trustgebieden, bevorderen de verwezenlijking van het zelfbeschikkingsrecht en eerbiedigen dit recht overeenkomstig de bepalingen van het Handvest der Verenigde Naties.
Artikel 8
Inheemse volkeren en individuen hebben het recht niet te worden onderworpen aan gedwongen assimilatie of vernietiging van hun cultuur.
De staten zorgen voor doeltreffende mechanismen voor preventie en verhinderen:
Elke handeling die als doel of gevolg heeft dat zij hun integriteit als afzonderlijke mensen, of van hun culturele waarden of etnische identiteit worden onthouden;
Elke actie die tot doel of tot gevolg heeft dat ze hun land, territoria of hulpbronnen verliezen;
Elke vorm van gedwongen bevolkingsoverdracht die tot doel of tot gevolg heeft dat een van hun rechten wordt geschonden of ondermijnd;
Elke vorm van gedwongen assimilatie of integratie; Elke vorm van propaganda die is ontworpen om raciale of etnische discriminatie die tegen hen is gericht, te bevorderen of aan te zetten.
Artikel 27
In Staten waar zich etnische, godsdienstige of linguïstische minderheden bevinden, mag aan personen die tot die minderheden behoren niet het recht worden ontzegd, in gemeenschap met de andere leden van hun groep, hun eigen cultuur te beleven, hun eigen godsdienst te belijden en in de praktijk toe te passen, of zich van hun eigen taal te bedienen.
7. Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden
Engelse titel: Convention for the Protection of Human Rights and Fundamental Freedoms, Rome, 04-11-1950
8. EU verdrag Protocol nr 3 betreffende de Sami-bevolking
Tekst protocol: Lex europa, de hele verdragstekst in pdf
Het protocol is onderdeel van het toetredingsverdrag van Noorwegen, Zweden en Finland tot de Europese Unie. Het protocol regelt dat voor de Samen uitzonderingen kunnen worden gemaakt op de EU regelgeving betreffende de vrije markt. Dit betreft vooral het exclusieve recht van de Samen om rendieren te kunnen hoeden. De artikelen luiden als volgt:
Artikel 1
Niettegenstaande de bepalingen van het EG-Verdrag, kunnen exclusieve rechten inzake rendierhouderij binnen de traditionele Sami-gebieden aan de Sami-bevolking worden toegekend.
Artikel 2
Dit Protocol kan worden uitgebreid om rekening te houden met eventuele toekomstige ontwikkelingen van de exclusieve Sami-rechten in verband met hun traditionele middelen van bestaan. De Raad kan, op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Europees Parlement en het Comité van de Regio's, met eenparigheid van stemmen de nodige wijzigingen van dit Protocol vaststellen.
Literatuur
Johan Strömgren, Gro Nystuen and Petter Wille (april 2022) Report | Human Rights Protection against Interference in Traditional Sami Areas ( Norwegian National Human Rights Institution (Engels)
International Work Group for Indigenous Affairs (IWGIA) geeft jaarlijks een rapport (annual report) uit met daarin de stand van zaken op het gebied van de mensenrechten. Deze jaarboeken bevatten vanaf 2016 ook een hoofdstuk over Sápmi.
De IWGIA is een wereldwijde mensenrechtenorganisatie die zich inzet voor het bevorderen, beschermen en verdedigen van de rechten van inheemse volkeren.
Zie de literatuurlijst voor de geraadpleegde literatuur.
Noten
COP15-top over biodiversiteit is een wereldwijd akkoord gesloten om 30 procent van het land en de oceanen van de aarde in stand te houden. In het verdrag worden voor het eerst ook de rechten van inheemse volkeren op hun land erkend.
Inheemse groepen hebben niet precies de formulering gekregen die ze beoogden, namelijk dat de overeenkomst een derde soort gebiedsgebonden natuurbehoud voor inheemse volken zou invoeren, naast beschermde gebieden en “andere doeltreffende gebiedsgebonden instandhoudingsmaatregelen” (OECM's).